zondag 19 december 2010

Asara


Inleiding:
Al van verre is de stad Asara te zien. Haar ranke hoge torens reiken tot hoog boven de stad en als het zonlicht er op valt schitteren de gouden ornamenten de reiziger al van kilometers ver tegemoet. Asara is een betoverende stad waar aanzien bepaald wordt door je prestaties in de bouwkunst, de bouwkunst als het gaat om torens wel te verstaan.

Principe:
De spelers zijn bouwmeesters en proberen in vier speelrondes de meest imposante torens op te richten. Werklieden worden op pad gestuurd om diverse bouwdelen te verzamelen en uiteindelijk de torens op te richten, te verhogen en te verfraaien.

Afhankelijk van het spelersaantal krijgen de spelers werklieden in de vorm van speelkaarten uitgereikt. Door het uitspelen van deze werklieden kunnen de spelers torendelen kopen. Er zijn vier verschillende locaties die van de fundamenten, torenspitsen, tussenverdiepingen en raamdelen. Op elke locatie kunnen spelers beperkt delen inkopen door het uitspelen van hun werkers. In een beurt speelt de speler één van zijn werkers op een locatie naar keuze uit, betaald het juiste bedrag voor het gedeelte dat hij wil hebben (prijs hangt af van het soort toren dat men wil bouwen) en legt het gekochte deel weg achter zijn zichtschermpje. Zodra er een kaart van een willekeurige kleur op een locatie gespeeld wordt is deze kleur gedurende de lopende speelronde op die locatie verplicht . Als een speler deze kleur kaart niet heeft mag hij tegen inlevering van twee willekeurige kaarten alsnog zijn inkopen doen op deze locatie. Het aantal posities op een locatie is echter beperkt wat betekent dat als deze vol ligt er voor die speelronde geen zaken meer gedaan kunnen worden.

Naast de vier locaties waar men toren delen kan kopen is er in het centrum de bouwlocatie waar men een werker kan plaatsen en de torens tegen betaling, van achter je zichtscherm nu zichtbaar, in elkaar kan zetten, verhogen of verfraaien. Verder kent het speelbord vier driehoekige locaties waar de spelers andere acties kunnen uitvoeren. Zo is er de driehoek locatie waar de spelers geld kunnen krijgen, een locatie waar extra werkers te halen zijn, een locatie waar tegen betaling men nog extra inkopen kan doen op een locatie naar keuze en/of de startspeler oorkonde kan bemachtigen en als laatste de locatie waar men de ramen van de toren kan verfraaien. Op al deze locaties geld dat een eenmaal uitgespeelde kaart de kleur bepaald voor de rest van deze speelronde.


Aan het einde van elke ronde vind er een waardering plaats. Spelers krijgen punten voor het aantal gebouwde torens tot dan toe en voor elk gouden ornament in de toren. De startspeler oorkonde is ook een punt waard. Na de vierde en laatste speelronde volgt de eindwaardering. Spelers scoren nu punten voor de hoogste torens in de vijf verschillende kleuren en voor de meeste torens. (Voor beiden geld dat er ook punten te verdienen zijn voor de tweede positie). Voor elke 10 goud krijgen de spelers ook 1 punt.

Tijdens Spiel is er ook een gratis uitbreiding verschenen “Het huis van de Flessengeest”. Deze driehoek locatie kan aan het basisspel toegevoegd worden waarbij spelers tegen betaling een wens kunnen doen. Dit betekent dat zij een willekeurige actie op het bord kunnen uitvoeren ook al is deze inmiddels niet meer beschikbaar. Eventuele kosten die normaal aan deze actie vast zitten moet de speler wel betalen.


Wat ik er van vindt:
Asara is een zeer fraai uitgevoerd familiespel. Het speelbord is redelijk groot, kleurrijk en gedetailleerd. Het spel speelt vlot weg en biedt in de gevorderden versie duidelijk meer speelplezier. Gezien de redelijk eenvoudige regels kan het basisspel eenvoudig overgeslagen worden. De extra uitbreiding van Spiel is overigens erg leuk dus die doen we er standaard bij.

Categorie:


Info Algemeen:
Uitgebracht in 2010 door Ravensburger
Ontwerpers: Michael Kiesling en Wolfgang Kramer
Spelersaantal: 2 – 4
Speelduur: 40 minuten
Verkrijgbaar: Nu nog alleen internet maar komt vast rap uit in de Nederlandse versie

Ca$h’n Gun$

Inleiding:
Wat al zo vaak geprobeerd is en wat zelden lukt is het beroven van de bank. Het is dan ook al een wonder op zich dat we net op ons thuishonk teruggekeerd zijn na een geslaagde bank overval. Wat we echter nog niet beseffen is dat het verdelen van de buit minstens zo risicovol is als het stelen er van. Wat als je met 6 criminelen 3 briefjes van 100 euro, één briefje van 200 euro en één briefje van 500 euro moet delen? Dan worden we toch wel wat nerveus en gaan de vingertjes rond de trekkers  aardig jeuken.

Principe:
Het spel bestaat uit 8 speelrondes. Spelers hebben even zovele speelkaarten bestaande uit 5 bluf (“Click, click, click”) kaarten, twee schiet (“Bang”) kaarten en één zwaar geschut (“Tripple Bang”) kaart. Verder bezit elke speler een schuimrubberen pistool en een kartonnen speelfiguur.


Elke ronde worden er 5 bankbiljetten op tafel gelegd. De spelers kiezen nu één van hun handkaarten uit en leggen deze dicht voor zich neer. De bendeleider telt nu tot drie en op drie richt ieder zijn of haar pistool op één van de medespelers. In dit geval kan het zijn dat een speler in één of meerdere lopen kijkt van even zovele tegenspelers. De bendeleider telt wederom tot drie (cooling down periode). Tijdens deze fase kunnen spelers kiezen of ze de confrontatie aan willen gaan of toch liever deze ronde even niet mee doen met het verdelen van het geld. Is dit laatste het geval dan legt de speler zijn pistool neer, legt zijn kartonnen speelfiguur neer op tafel en neemt een “Chicken Fiche” welke aan het einde van het spel minpunten opleveren. De spelers die hun pistolen op deze speler hebben gericht kunnen hun speelkaarten ongezien op de aflegstapel leggen en hun pistool voor zich neerleggen. Zij schieten tenslotte op iemand die gevlucht is.

De overige spelers gaan met elkaar nu de confrontatie aan waarbij de bendeleider vraag wie er mogelijk een “Tripple Bang” kaart heeft gespeeld. Is dit het geval dan draait de speler deze kaart om. De speler op wie het pistool gericht is krijgt nu een “pleister fiche” en legt zijn kartonnen figuur neer op tafel. Deze speler doet niet meer mee met de verdeling van het geld deze ronde. Vervolgens vraagt de bendeleider wie er een “Bang” kaart gespeeld heeft. Ook hier voor geld de zelfde procedure als een “Tripple Bang” kaart.
Spelen meer spelers een “Bang” kaart uit dan doen ze allemaal schade ook al zouden ze elkaar door deze kaart uitschakelen. Een “Tripple Bang” kaart gaat echter voor een “Bang” kaart waardoor het kan zijn dat een speler zijn gespeelde “Bang” kaart niet kan uitspelen omdat hij al is uitgeschakelt door een “Tripple Bang” kaart.

Zodra een speler zijn derde pleisterfiche incasseert is hij definitief uit het spel!

Als de schietronde voorbij is kan het geld eerlijke verdeeld worden onder de nog aanwezige bendeleden. Wat niet verdeeld kan worden blijft op tafel liggen. Er kan niet gewisseld worden in het spel! Vervolgens worden er weer 5 bankbiljetten op tafel (bij) gelegd en gaat de volgende ronde in. Na de 8e ronde tellen de spelers hun geld (in duizenden dollars) en trekken daar hun “Chicken fiches” (5000 dollar per fiche) van af.
De speler met het meeste geld wint het spel.


Wat ik er van vindt:
Absoluut een aanrader als het om party games gaat. Opmerkelijk hoe een ieder los gaat bij dit spel. Gegarandeerd een hoop rumoer en hilariteit. Het basisspel is dusdanig vermakelijk dat de spelvarianten die het spel biedt na twee jaar nog steeds niet aan de orde zijn geweest. Nu ik er over nadenk moet ik deze toch maar eens gaan uitzoeken.

Categorie:

  


Info Algemeen:
Uitgebracht in 2005 door Repros Productions
Ontwerper: Ludovic Maublanc
Spelersaantal: 4 – 6
Speelduur: 30 minuten
Verkrijgbaar: betere spellenwinkel en internet

Atlantis

Inleiding:
De aarde schud, de gebouwen trillen en in de grond ontstaan diepe scheuren. Het waren de meest dappere (of domme) inwoners van Atlantis die hun geliefde stad niet wilden verlaten maar ook zij zien nu in dat het een verloren zaak is. Atlantis is begonnen aan zijn reis de diepte in, langzaam maar zeker zinkt de stad. De laatste inwoners beginnen aan hun tocht naar het veilige vaste land met zo veel als mogelijk mee sjouwend dat wat van waarde is.

Principe:
De stad Atlantis ligt midden op tafel en vanuit deze stad loopt een weg naar het vaste land bestaande uit tegeltjes. Via deze route moeten de spelers het vaste land zien te bereiken. Tijdens deze tocht verzamelen de spelers tegeltjes welke aan het einde van het spel punten waard zijn. De speler met de meeste punten is winnaar.

De route naar het vaste land wordt opgebouwd. Een rij van 53 tegeltjes waarvan een gedeelte bestaat uit twee tegeltjes op elkaar en een gedeelte uit enkele tegeltjes. Het 27e (middelste) tegeltje is een water tegel. Op de tegeltjes staan afbeeldingen als een ring, kroon, helm, vlag, olijf etc. Elke speler krijgt een setje handkaarten met daarop afbeeldingen gelijk aan die van de tegeltjes. Met het uitspelen van een kaart mag de speler één van zijn drie figuren verzetten naar het eerste tegeltje met de zelfde afbeelding. Staat daar al een figuur van een tegenspeler dan moet de speler, door het uitstpelen van een volgende speelkaart, doorbewegen naar een volgende vrije tegel.


Zodra een speler zijn speelfiguur wegbeweegt naar een volgende tegel moet hij het eerste vrije tegeltje vanachter zijn vertrekpunt pakken en voor zich neerleggen (geen watertegel). Na het spelen van de kaart(en) trekt de speler één speelkaart van de stapel en is de volgende speler aan de beurt. Als een speler twee of meer kaarten uitspeelt mag hij toch maar één kaart van de trekstapel pakken. Om aan meer kaarten te komen mag een speler aan het begin van zijn speelbeurt één tegeltje afleggen. De waarde van de tegel gedeeld door twee (afgerond naar beneden) mag hij dan aan kaarten trekken.

Als de speler een tegeltje uit de route pakt omdat hij heeft bewogen moet hij, als er een gat ontstaat, deze opvullen met een watertegel. Liggen er twee tegeltjes op elkaar moet de speler de bovenste tegel pakken. Gaandeweg komen er steeds meer watertegels in de route te liggen welke de spelers alleen kunnen oversteken door een brug te plaatsen of een boot te nemen.

Elke speler heeft één brug. Als een speler een brug neerlegt op een watertegel kan elke speler deze brug gebruiken. Als er gaandeweg aansluitende tegels verdwijnen en de waterplas groter wordt, wordt deze waterpartij nog steeds gezien als één enkel obstakel welke spelers met de brug kunnen oversteken.
Ligt er geen brug dan kan een speler een watergebied oversteken met een boot. De speler moet hier voor betalen in punten gelijk aan de waarde van één van de tegels aan weerszijden van deze waterpartij. Dit kan door een tegeltje af te geven met minimaal een gelijk puntenaantal of door kaarten af te leggen waarbij de waarde van een kaart gelijk is aan 1. Een speler kan in zijn beurt meer waterpartijen oversteken en aan het einde van zijn beurt de kosten optellen en in één keer aftikken.


Heeft een speler een speelfiguren op het vaste land weten te krijgen mag hij het laatste tegeltje voor het vaste land nemen (ontstaat geen water tussen laatste tegel en vaste land). Nadat de eerste speelfiguur op het vaste land is aangekomen mag een speler twee kaarten trekken aan het einde van zijn beurt. Heeft de speler twee figuren op het vaste land mag de speler drie kaarten trekken aan het einde van zijn speelbeurt.
Heeft een speler zijn drie speelfiguren op het vaste land staan stopt het spel. De andere spelers berekenen de kosten die nodig zijn om aan land te komen en betalen deze in de vorm van kaarten of tegeltjes (gaat hier alleen om het oversteken van mogelijke watergebieden). Spelers kunnen in deze fase geen bruggen meer bouwen en tegels krijgen.

Spelers tellen de waardes van de tegels op en elke speelkaart is één punt waard. Speler met de meeste punten wint het spel.

Wat ik er van vindt:
Atlantis is een luchtig spelletje wat vlot is uit te leggen en te spelen. Laag instapniveau en goed te spelen met kids. Geluk zit hem in het trekken van de kaarten en het pakken van de tegeltjes daar waar er twee tegels op elkaar liggen. Doet erg denken aan Cartagena. Mooi uitgevoerd en leuk genoeg om bij gelegenheid op tafel te leggen als filler.

Spel geschikt als:


Categorie:


Info Algemeen:
Uitgebracht in 2009 door Amigo
Ontwerper: Leo Colovini
Spelersaantal: 2 – 4
Speelduur: 30+ minuten
Verkrijgbaar: spellenwinkel & internet

dinsdag 7 december 2010

Louis XIV

Inleiding:
Er is heel wat reuring aan het hof van de zonnekoning. Edelen, notabelen en ander hooggeplaatst volk scharen zich rond de koninklijke hofhouding. Het is tenslotte niet slecht toeven in Versailles, het buitenverblijf van de koning.
Al deze belangrijke mensen hebben natuurlijk ook belangrijke zaken aan hun hoofd en deze zaken vragen hun volledige aandacht. Niet dat ze die taken zelf uitvoeren, daar hebben ze natuurlijk hun personeel voor en dat zijn wij.

Principe:
Het speelveld van Louis XIV bestaat uit 12 vierkante personen tegels die in een vast patroon uitgelegd worden. 4 personen vormen de kern van het speelveld. Dit is ook het gebied waar de zonnekoning zelf, gedurende het vier speelrondes durende spel, zich ophoudt. Elke speelronde op een andere locatie.
Om deze kern worden de overige 8 personen kaarten uitgelegd. De velden tussen al deze speelkaarten worden nu opgevuld met de voorraad speelstenen van de spelers, meer in het centrum van het speelveld, en daar omheen de verschillende opdracht fiches, opdrachtkaarten, intrigekaarten, invloedskaarten, munten en schildjes. Al met al een hele uitstalling waarbij ik meteen ook wil verwijzen naar zeer creatieve spelers die speciaal voor dit spel een speelbord hebben gemaakt. Zie onder andere de link naar BGG.



Het spel begint met het bepalen van de positie van de koning op het speelveld en het ontvangen van een zeker geldbedrag. Daarna worden de invloedskaarten uitgespeeld die iedere speler voor deze ronde heeft ontvangen. De invloedskaarten corresponderen met de personenkaarten in het speelveld. Om beurten spelen spelers hun in totaal 5 personenkaarten uit waarbij ze telkens drie invloedsstenen op de desbetreffende persoon mogen plaatsen om van daaruit met hun invloedsstenen desgewenst door te springen naar, op de hoekpunten, aangrenzende personenkaarten. Hierbij moet de speler wel minimaal steeds één invloedssteen achterlaten op het veld vanwaar de speler vandaan beweegt.
Het doel van het plaatsen en bewegen van deze invloedsstenen is om uiteindelijk aan het einde van deze fase een meerderheid op een personenkaart te hebben en daarmee opdrachtfiches, geld, schildjes of kaarten te kunnen bemachtigen.
Wat er te halen valt en wat je er voor moet doen staat afgebeeld op de persoonskaart. Soms krijgt alleen de speler met de meeste invloedsstenen dat wat er staat afgebeeld maar in andere gevallen kunnen alle spelers de zelfde opbrengst krijgen of kunnen runners op het alsnog krijgen door geld bij te leggen. De personenkaarten zijn dubbelzijdig en worden, zodra een speler op een kaart de meerderheid heeft aan invloedsstenen,aan het eind van een speelronde omgedraaid. Men kan dan nog steeds het zelfde bemachtigen bij deze persoon alleen zijn de condities nu anders.
Och en dan waren we bijna Louis vergeten... Als je de meerderheid op een personentegel hebt en Louis is er ook dan geeft hij je persoonlijk nog een bonus/joker fiche. Altijd handig om zometeen je opdracht mee te vervullen.


 Als laatste handeling in een speelronde mogen de spelers nu opdrachten vervullen door de juiste opdrachtfiches, zoals afgebeeld op de opdrachtkaart, te betalen. De vervulde opdrachten worden open neergelegd en genereren nu gunsten aan de speler voor de rest van het spel. Opdrachten komen in drie moeilijkheidsgraden. Ze leveren dezelfde overwinningspunten op maar genereren verschillende typen gunsten.
Na 4 speelrondes stopt het spel. Naast de gespeelde opdrachtkaarten scoren de spelers ook punten met de verzamelde schildjes en natuurlijk is de speler met de meeste punten de winnaar.

Wat ik er van vindt:
Louis XIV is een uitdagend spel waarbij het prettig is als iemand de regels kan uitleggen. Nu gaat dat voor veel spellen op maar in dit geval zeker omdat er relatief gezien nog al wat leeswerk aan vast zit. Het spel, eenmaal opgesteld oogt zeer fraai en al spelend kom je er achter dat het veel mogelijkheden biedt met een behoorlijke portie interactie. Ik kan dit spel van harte aanbevelen.

Categorie:




Info algemeen:
Uitgebracht in 2005 door Alea
Ontwerper: Rudiger Dorn
Spelersaantal: 2 – 4
Speelduur: 100 minuten
Verkrijgbaar: Internet en betere spellenwinkels

zondag 5 december 2010

Sobek


Inleiding:
Het is een drukte vanjewelste aan de oevers van de Nijl. Vlak bij de stad El-Fajoem wordt een tempel ter ere van de krokodillengod Sobek opgericht. Schepen varen af en aan met grondstoffen en bouwmaterialen. Het zijn de slimme handelaren die prijzen van hun waren zo weten te beïnvloeden dat ze er de beste prijzen (punten) voor kunnen krijgen. Menig schip op de Nijl is om duistere reden vertraagd daar waar andere keurig op tijd de haven aan doen. Corruptie is van alle tijden maar met beleid anders gaat het je geld kosten in plaats van dat het je geld oplevert.

Principe:
De spelers slaan grondstoffen in aangevoerd door schepen die de haven aan doen in de vorm van kaarten. Er worden 9 kaarten langs het scorespoor uitgelegd. Vanaf de tempel tot en met het begin van het scorespoor. Vanaf het begin van het scorespoor kunnen spelers om beurten een kaart (een lading) op de hand nemen. De voorste kaart in de rij is het schip wat momenteel in de haven aan doet. Alle andere schepen zijn nog in aantocht. De handelaar kan één waar/kaart kiezen van de eerste 4 schepen/kaarten in de reeks. Alle kaarten die de speler overslaat in zijn keuze zijn als het ware omgekochte schepen. Deze schepen verdwijnen uit de reeks en komen onder de grote geldbuidel van de speler te liggen. De speler kan elke beurt kiezen om waren in te slaan net zo lang tot alle 9 kaarten op zijn. Op dat moment wordt er weer een nieuwe reeks uitgelegd.
De speler kan er ook voor kiezen om zijn handelswaar te verkopen (in punten om te zetten). In dit geval moet hij een kaarten set van minimaal drie dezelfde kaarten uitleggen en is de beurt voorbij. Een derde optie is dat de speler een persoonskaart uitspeelt die hem meteen een bijzondere actie oplevert. Deze persoonskaarten zitten in de kaartenstapel die uitgelegd wordt langs het scorespoor. Deze kaarten hebben een afwijkende kleur qua achterzijde omdat deze kaarten in de uitgelegde reeks dicht neergelegd moeten worden daar waar de reguliere goederen juist open neer gelegd moeten worden. Het is dus aan de speler of hij een dichte kaart wil oppakken of een goederen kaart elders in de rij.
De eerste vijf uitgelegde sets leveren een bonusfiche op. De speler die een set uitlegt kiest één van de vijf fiches uit en voert gelijk de bijbehorende actie uit.


Het spel duurt drie rondes. Elke ronde eindigt als de laatste speelkaart door een speler getrokken is en wordt gevolgd door een waardering. De waardering bestaat uit twee delen. Alle scarabeeën in een kaartenset (icoontjes op de kaartrand) worden opgeteld en vermenigvuldigd maal het aantal kaarten in de set. Heeft de speler nog sets in zijn hand dan komen deze op tafel te liggen en score deze sets punten gelijk aan het aantal scarabeeën (zonder de vermenigvuldiging. Verder worden er nog minpunten vergeven aan de meest corrupte speler. De speler die het meest corrupt is (hoogst aantal kaarten onder de geldbuidel) moet met zijn speelsteen terug bewegen op het scorespoor, als voorbeeld:
Stel de speler heeft deze speelronde 32 punten gehaald. Deze score wordt vervolgens door 10 gedeeld en naar beneden afgerond. De speler moet zijn speelsteen nu 3 passen op het scorespoor omlaag zetten en wel drie passen gelijk aan het symbool waarop de speelsteen op dat moment staat. Staat de speelsteen op een Ankh symbool moet de speler dus drie Ankh symbolen terug gaan op het scorespoor.


Wat ik er van vindt:
Sobek is een grappig kaartspelletje wat goed met 2 tot 4 personen te spelen is. De keuze wat te doen tijdens de speelbeurt ligt niet altijd voor de hand wat het spelletje des te uitdagender maakt. De corruptie in het spel maakt het een stuk uitdagender. Zo sta je flink voor en zo duikel je weer flink omlaag.
Het spelletje heeft een leuke uitstraling en vooral de binnenkant van het doosje is leuk vorm gegeven.

Categorie:



Info algemeen:
Uitgebracht in 2010 door Game Works
Ontwerper: Bruno Cathala
Spelersaantal: 2 – 4
Speelduur: 40 minuten
Verkrijgbaar: Internet





Fresko

Inleiding:
Woooaaaaah, tjeemig de peemig. Nu al opstaan? Maar het is nog zo vroeg! De schildersleerling rekt zich nog eens uit maar krijgt geen kans om zich nog eens om te draaien. “Er uit knul” brult zijn meester. Je moet naar de markt want ik heb verf nodig. Hier is het boodschappen-lijstje. En nu vlot in de benen jongen want het wordt een drukke dag. Chagrijnig en slaperig loopt de schildersleerling langs de kraampjes met verfartikelen. Waarom nou zo vroeg al op pad? De handelaren zelf zijn nog niet eens klaar met het uitstallen van hun waar!

In de kapel is de meester schilder al vroeg in de weer. Vandaag moeten de cherubijntjes af zodat we vervolgens door kunnen met de luchtpartij. De kardinaal zal tevreden zijn met het werk. Als het meezit dan is hij er vandaag en kunnen we hem zelf de resultaten laten zien van ons werk.

Het was een lange dag voor de meester schilder en zijn leerlingen. Maar ook een heuglijke dag. De kardinaal was zeer tevreden met ons werk en kijkt uit naar het vervolg. Dat vraagt om een klein feestje. Vanavond neemt de meester zijn leerlingen mee naar het theater en nu maar hopen dat we morgen iets langer mogen uitslapen.

Principe:
In het spel Fresko kruipen de spelers in de huid van meester schilders en hebben de opdracht om het plafond van een renaissance kerk te restaureren. Hiervoor moeten de spelers verf inkopen op de markt, verf mengen, en reparatiewerkzaamheden uitvoeren aan het fresco of aan het altaar. Omdat het een nog al tijdrovende klus is en de aanschaf van materialen voorgeschoten moet worden, worden er vaak ook kleine opdrachten tussendoor gedaan in het eigen atelier. Via het bekende “worker placement” principe kunnen leerlingen worden ingezet op verschillende taken. Deze inzet wordt in het geheim gepland op het eigen planbordje.



De speler met de minste prestigepunten begint de speelronde met het bepalen hoe laat hij zijn leerlingen wil laten opstaan. Dit is van invloed op het humeur van de leerlingen maar bepaalt ook de volgorder van spelen in de speelronde. Als ze mogen uitslapen gaat het moraal omhoog en als dit hoog genoeg is krijgt de speler er zelfs een extra leerling bij die hij vervolgens ingezet kan worden op één van de acties. Andersom, als de leerlingen keer op keer vroeg op moeten gaat het moraal omlaag en zal de speler uiteindelijk een leerling minder in kunnen zetten op de acties.



Op de eigen planbordjes kunnen de spelers de leerlingen inzetten op een aantal acties; het bezoeken van de markt, restaureren van het plafond in de kerk, portretten schilderen in het atelier, het mengen van verf of het verhogen van de moraal van de leerlingen. Het afwerken van deze geplande acties gaat in de volgorde zoals boven beschreven waarbij het tijdstip van opstaan bepaald wie er eerst mag. Aardig in deze is dat spelers de optie hebben om elke actie maximaal drie keer uit te voeren.



Vroeger opstaan betekent dat de speler meer keus heeft op de markt maar daar wel meer voor moet betalen. De speler die laat op staat heeft dus minder keus maar de kosten zijn er ook naar.
Restaureren van het plafond (of altaar) betekent het inleveren van de juiste verfblokjes afgebeeld op een tegel. Staat de bisschop in de buurt van de tegel (de groet witte pion) krijgt de speler extra punten. De tegel levert prestigepunten op en elke nieuwe speelronde 1 goud aan inkomsten.
Als een speler verlegen zit om geld dan kan hij portretten gaan schilderen in het atelier. Dat levert de speler 3 goud op. Het mengen van verf is het inwisselen van twee gekleurde blokjes tegen een andere kleur. Aan de binnenkant van het zichtschermpje staat de mengtabel weergegeven. Per keer mogen spelers twee nieuwe kleuren mengen. Als laatste kan een speler het moraal van de leerlingen verhogen met +2 voor elke ingezette werker op deze actie.


 
Na het doorlopen van de geplande acties wordt de volgende speelronde voorbereid. Nieuw aanbod op de markt, ontvangen van het geld en het bepalen van de speelvolgorde. De speler met de minste punten bepaald nu weer hoe laat hij wil opstaan. De laatste ronde in het spel start zodra er nog 6 of minder tegels van het plafond aanwezig zijn. Na de laatste ronde kunnen spelers nog punten krijgen voor elke twee goud dat ze beziten en dan kan de balans opgemaakt worden.

Uitbreidingen:
Het spel komt meteen al met drie kleine uitbreidingen in de doos en daar stopt het overigens niet. Er is inmiddels ook een uitbreiding op de markt “Fresko de Glazeniers” met wederom drie uitbreidingen. Op Spiel dit jaar was er nog een extra uitbreiding “Die Schriftrollen”.
De drie reguliere uitbreidingen kort beschreven zijn;

Portretten:
De schilderopdrachten in de studio. De speler kiest geld of een portret kaart naar keuze. Deze kaart kan de speler een permanent voordeel geven of een tijdelijke gunst.

Speciale opdracht van de bisschop:
Elke tegel van het plafond heeft aan de achterkant twee of meer dotjes verf afgebeeld staan. De opdracht tegels van de bisschop bestaat uit het verzamelen van drie van de zelfde dotjes/kleur verf. Heeft een speler die dan krijgt hij de opdrachttegel en de daarbij behorende bonus. Dit is doorgaans, aan het begin van elke ronde, geld en verf.

De speciale kleuren:
Nieuwe fresco tegels komen in het spel met meer complexe kleuren. Deze kleuren vragen om een uitgebreider mengproces maar levert de speler uiteindelijk meer prestigepunten op.

Wat ik er van vindt:
Fresko is een luchtig familie spel. Het speelt vlot, soepel en het ziet er prachtig uit. Het bepalen van de spelersvolgorde door middel van hoe vroeg je je bed uit rolt vind ik grappig gevonden als ook wat het doet met je humeur. Van de uitbreidingen is het goed te weten dat de uitbreiding “speciale kleuren” de speelduur van het spel wat oprekt. Alle drie de uitbreidingen zijn overigens leuk om in het spel mee te nemen.

Categorie:


Info algemeen:
Uitgebracht in 2010 door Queen Games
Ontwerper: Marco Ruskowski & Marcel Susselbeck
Spelersaantal: 2 – 4
Speelduur: 45 minuten
Verkrijgbaar: Internet & betere spellenwinkel

vrijdag 3 december 2010

Bausack


Inleiding:
Vele spellen presenteren zich middels uitzonderlijk fraai artwork, in het oog springende thema’s en ingenieuze spelconcepten met een zeker strategisch gehalte. Zo zijn er ook spellen die zich presenteren middels eenvoud en daar is “Bausack” er één van.

Principe:
Wat je krijgt zegt de naam al. Een zak vol bouwblokken. Grote, kleine, ronde, platte, asymmetrische, conische, etc.etc.etc. Ja zelfs een houten eierdop zit er tussen. Een berg naturel en roodbruin gekleurde houten blokken in een grote zwarte zak. Het ziet er fraai uit maar wat moet je er mee? Simpel, dat wat we als kleine jongetjes (en meisjes) ook allemaal wel eens gedaan hebben,  “Torens bouwen”.   

“Bausack” is een spel wat gespeeld kan worden in 5 varianten rond het thema torens bouwen.
Afhankelijk van de spelersgroep kan je kiezen voor een “recht toe recht aan” bouw spel of een variant waarbij gebruik gemaakt wordt van een biedt systeem. Hieronder een korte omschrijving van een vier tal varianten.

Ons favoriete spel is “Baukette”. In deze variant kiezen de spelers stuk voor stuk een blok uit en zetten deze in een rij voor zich neer. Alle spelers kiezen om beurten een blok, net zo lang tot een ieder 12 blokken voor zich heeft staan. Het laatste blok staat vlak voor de speler waarbij de overige blokken in een rechte lijn richting het midden van de tafel staan.
De eerste speler kan nu kiezen uit het voorste blok uit een van de rijen van de spelers. Met de klok mee kiezen de spelers steeds één van de voorste blokken ui één van de rijen. De speler wiens toren overeind blijft wint. Zijn alle blokken op en staan er meerdere torens dan wint de speler met de hoogste toren.


In het spel “de Toren van Babel” bouwen de spelers gezamenlijk een toren ” Om beurten voegen spelers een blok toe aan de toren. Zodra deze omvalt krijgt de voor laatste speler een punt. De speler die het eerst 5 punten haalt wint.

In het spel “Knock Out” hebben spelers elk 10 fiches waarmee ze kunnen bieden op bouwblokken. De eerste speler kiest een blok en biedt deze aan op de veiling. De speler die het blok veilt krijgt de opbrengst. Als een blok niet wordt verkocht moet de speler het zelf gebruiken. De speler wiens toren het langst blijft staan wint het spel.

Het spel “3x rood wint” is de variant waarbij de spelers een toren moeten bouwen met daarin drie rode onderdelen. Ook hier worden de blokken geveild en kan de winnaar het blok zelf bouwen of aan een andere speler geven die het stuk verplicht moet bouwen.

Wat ik er van vindt:
“Bausack” is een mooi vormgegeven abstract behendigheidsspel. De spelvarianten zijn allemaal te spelen binnen 30minuten en het kent een laag instapniveau. Wat mij betreft is het een ideaal spel om het tijdens een spellenavond, als tussendoortje, even helemaal over een andere boeg te gooien.

Spel geschikt als:



Categorie:


Info algemeen:
Uitgebracht in 1987 door Zoch
Ontwerper: Klaus Zoch
Spelersaantal: 1-10
Speelduur: 45 minuten
Verkrijgbaar via internet
In 1988 opgenomen in de aanbevelingslijst van “Spiel des Jahres”

Kingsburg

 
Inleiding:
Dank u majesteit voor het vertrouwen dat u in mij stelt. Ik zal u niet teleurstellen. Ik zal met mijn leven waken over de veiligheid van uw land en de welvaart, in de door u aan mij toevertrouwde regio, doen laten bloeien. Ik zal u niet teleurstellen mijn majesteit. (deze scene wordt voorzien van diepe knieval, en een overdaad aan nederig gedrag)



Principe:
Als vertegenwoordigers van de kroon hebben wij de taak om het koningrijk te verdedigen tegen opstandige buurvolken. Daarnaast proberen wij de welvaart en het aanzien in de eigen regio te vergroten door economische, militaire en religieuze gebouwen op te richten. De koning beloont ons gedurende het spel met prestigepunten. Het moge duidelijk zijn dat de speler met de meeste waardering het lievelingetje van de koning genoemd mag worden.


Kingsburg speelt zich af over een periode van 5 jaren waarbij elk jaargetijde een speelronde is. Het speelbord laat de raad zien die bestaan uit 18 personen beginnend bij de hofnar (waarde 1) en eindigend bij de koning (waarde 18). Al deze lieden kunnen wij beïnvloeden door bij hen op audiëntie te gaan. Als wij dat doen krijgen we er gunsten voor terug in de vorm van grondstoffen, versterkingen voor het leger, prestige punten ed.

Elke speler heeft 3 dobbelstenen in de eigen kleur tot zijn beschikking. Aan het begin van een seizoen (nieuwe speelronde) worden de dobbelstenen gegooid en wordt aan de hand van het aantal gegooide ogen de spelersvolgorde vastgesteld. De gooi met de dobbelstenen wordt vervolgens gebruikt om op audiëntie te gaan bij één of meer leden van de raad.
De speler met de laagste gooi mag als eerste op audiëntie gaan. Hiervoor neemt de speler één of meer van zijn gegooide dobbelstenen, telt het aantal ogen bij elkaar op en legt deze op het corresponderende vak (raadsheer/vrouw met de zelfde waarde). Het is slechts ten dele waar dat een audiëntie bij een hoger geplaatste een speler meer oplevert. Dit hangt sterk af van wat je op dat moment nodig hebt aan materialen of diensten.


Spelers zetten in de juiste volgorde hun dobbelstenen in op de raadslieden. Als een speler een raadslid bezoekt kan een volgende speler dit raadslid niet meer bezoeken en zal dus voor een ander persoon moeten kiezen waarbij hij ook de inzet van de dobbelstenen moet wijzigen of zelfs moet passen. Zodra alle spelers de dobbelstenen hebben ingezet worden de verkregen goederen en diensten verdeeld vanaf de Hofnar tot aan de koning.

Na deze fase kunnen de spelers één gebouw bouwen. Hiervoor moet de speler de juiste bouwstoffen betalen waarna het gebouw meteen actief wordt. Dit kan betekenen dat er prestigepunten worden bijgeschreven en/of dat de legermacht sterker wordt.


Door het jaar heen verzamelen de spelers materialen, bouwen gebouwen, verzamelen prestige punten en werken aan de slagkracht van het eigen leger. In de winter wordt niet gebouwd. in dit jaargetijde wordt het land aangevallen. Elk jaar wordt de vijand sterker en is de slagkracht groter. Dit betekent dat de spelers hun legers ook elk jaar moeten uitbouwen om zo de vijand te kunnen verslaan. Lukt dit dan volgt er een beloning in de vorm van prestigepunten of grondstoffen. Lukt dit niet dan verliest men prestigepunten, grondstoffen of zelfs gebouwen.

De jaarcyclus herhaalt zich tot en met het vijfde jaar. Wat ik niet heb beschreven zijn de kleine, maar niet onbelangrijke, speelfasen die tussen de jaargetijden in liggen. Voor de lente wordt bepaald wie er dit ene seizoen met een extra dobbelsteen mag gooien (de speler met de minste gebouwen). Voor de zomer krijgen de spelers met de meeste gebouwen een prestigepunt. Voor de herfst krijgt de speler met de minste gebouwen een gezant toegewezen die de speler helpt om de achterstand in te lopen. Voor de winter kunnen spelers hun legermacht nog opkrikken door grondstoffen om te zetten in strijdkrachten.
Na het vijfde jaar stopt het spel en wint die speler die de meeste prestigepunten heeft verzameld.



Wat ik er van vindt:
In een spel waarin veel met dobbelstenen gegooid wordt lijkt het er op dat de geluksfactor een groete rol speelt. Ik vind het opmerkelijk dat, na talloze keren het spel gespeeld te hebben, de scores doorgaans zeer dicht bij elkaar liggen. Een lage worpen lijkt slecht maar geeft de speler wel weer het voordeel om als eerste op audiëntie te gaan.
Kingsburg is een prettig en soepel lopend worker placement spel. (waarbij de dobbelstenen dus de werkers zijn) Ik zou zeggen een luchtig strategisch spel wat ook door kan gaan als familiespel maar dan wel vanaf de leeftijd jonge puber en hoger. 

Categorie:


Info algemeen:
Uitgebracht in 2007 door Statelibri
Ontwerper: Andreas Chiarvesio &Luca Iennaco
Spelersaantal: 2 - 5
Speelduur: 90 minuten
Verkrijgbaar via internet