vrijdag 28 januari 2011

London

Inleiding:
En toen het brandje bij de bakker in “Pudding Lane” eenmaal goed door zette was het echt foute boel! Van 2 tot 5 september 1666 brandde er in Londen vervolgens dik 13.000 huizen tot de grond toe af en werden zo'n 70.000 van de 80.000 Londenaren dakloos. Een ware kaalslag welke 345 jaar later het vertrekpunt zou worden van het spel “London” van Martin Wallace.

(Deze inleiding gaat ook op voor het spel “The Great Fire of London” maar daar kom ik bij gelegenheid vast ook nog op terug.)




Principe:
Het spel “London” beslaat de periode 1666 (net na de grote brand) tot aan 1900. In deze periode wordt de stad London vanaf de grond weer opgebouwd en wij als spelers bepalen hoe.

Het speelbord laat een kaart zien van Londen, verdeeld in een aantal wijken. Spelers kunnen deze wijken kopen. (zie het als landwinning ten behoeve van stadsuitbreiding) De andere helft van het speelbord bestaat uit twee rijen van elk 5 posities waarop speelkaarten kunnen worden afgelegd.
 

 
Verder heeft het spel 110 speelkaarten die verdeeld zijn in drie periodes. De periodes worden elk goed geschud en vervolgens op elkaar gelegd. Zo ontstaat er een kaartvolgorde waardoor in grote lijnen de spelers het spel spelen door de geschiedenis heen. Elke speler start met 6 speelkaarten op hand.

Naast geld, lening fiches en eigen gebouwen is er nog één ander belangrijk element in het spel en dat zijn de armoede punten. De spelers starten elk met 5 armoede punten en zullen gedurende het spel zich vooral er op richten om deze punten tot een minimum te beperken.
Een speler start zijn beurt altijd met het trekken van een kaart. Dit mag er een zijn van de trekstapel maar dit mag er ook een zijn van een van het speelbord (van de afleg posities). Hierna heeft de speler vier mogelijkheden;
  • Trekken van drie speelkaarten, speler trekt drie kaarten van de trekstapel en / of van het speelbord of een combinatie daar van.
  • Uitspelen van kaarten en het vormen van een kaarten rij (vanaf nu “uitbouw” genoemd). Deze kaarten worden voor de speler uitgespeeld als ware dat hier een stuk van het nieuwe Londen zichtbaar wordt.
  • Het activeren van de stad; De speler activeert de eerder door hem uitgespeelde stadskaarten die als uitbouw open voor hem op tafel liggen.
  • Het aankopen van een stuk grond / wijk op het speelbord


De speelkaarten zijn er in drie hoofdgroepen. Handel (bruine kaarten), Politiek (Roze kaarten) en Wetenschap (blauwe kaarten). Deze kaarten leveren de spelers geld en/of punten op, verlenen de speler extra gunsten en kan de armoede inperken.
Om een kaart te kunnen uitspelen moet de speler een kaart van de zelfde kleur afleggen op een aflegveld op het speelbord. Er zijn kaarten die kosteloos uitgespeeld kunnen worden maar er zijn ook kaarten die bij het uitspelen ook meteen betaald moeten worden. De acties die bovenaan op de kaart vermeld staan worden meteen actief na het uitspelen. De acties die onderaan de kaart vermeld staan worden pas actief zodra de speler de stad activeert.

Het activeren van de stad is één van de vier mogelijke acties die de speler kan kiezen. Ook bij deze keuze trekt de speler eerst een kaart waarna hij besluit om de de uitbouw die hij voor zich heeft liggen te activeren. Dit mag in elke gewenste volgorde zijn waarbij de acties van de kaarten stuk voor stuk worden uitgevoerd. Na het uitvoeren van een actie kan het zijn dat de speelkaart omgekeerd moet worden wat betekent dat de actie op de kaart verbruikt is. Er zijn ook actiekaarten die niet omgedraaid hoeven te worden na gebruik en dus elke keer weer opnieuw geactiveerd kunnen worden.
Tijdens het activeren kan het zijn dat de speler eerst nog kosten moet maken of kaarten moet afleggen om een kaart daadwerkelijk te kunnen activeren.

Zodra een speler alle kaarten heeft geactiveerd en de acties heeft uitgevoerd, maakt hij voor deze ronde de eindbalans op. Hij telt hoe groot de uitbouw is die voor hem ligt, telt daar zijn handkaarten bij op en trekt hier het aantal wijken dat hij bezit op het speelbord van af. Dit getal pakt hij nu aan armoede fiches uit de algemene voorraad.
Nu zijn deze fiches niet goed en die wil je zo min mogelijk hebben dus wil je de uitbouw niet al te groot maken, wil je tijdens het activeren niet te veel kaarten op de hand hebben en liefst ook kaarten hebben geactiveerd die het armoede probleem tackelen. Hoe dan ook, in de eerste fase van het spel ontkom je niet aan het incasseren van deze fiches. De uitdaging zit hem in het zo snel mogelijk opzetten van een systeem waarin je de armoede kan bestrijden.
 

Na het activeren van de stad blijft de uitbouw liggen. Deze kan nu overbouwd worden met nieuwe kaarten. De grootte van de uitbouw kan nooit kleiner gemaakt worden. Als een speler er voor kiest om een uitbouw op te zetten van 5 kaarten dan heeft de speler gedurende het gehele spel te maken met deze omvang. Als hij besluit om er later nog 2 kaarten aan toe te voegen dan blijft de uitbouw vervolgens 7 kaarten groot. Het is dan ook zaak om de uitbouw zo volledig als mogelijk weer vol te bouwen voordat je de stad opnieuw activeert.

Een speler kan in zijn beurt er ook voor kiezen om een stuk land / wijk aan te schaffen. Dit is positief voor de armoedebestrijding, levert punten op aan het einde van het spel maar verplicht de speler ook om bij de aanschaf meteen een “x” aantal kaarten te trekken. Dit aantal hangt af van de wijk die men koopt.

In het begin van het spel is het zaak om geld te krijgen om zo duurdere kaarten uit te kunnen spelen en om kaarten te kunnen activeren maar ook om wijken op het speelbord te kunnen kopen. Geld is aan het begin van het spel nog wel redelijk goed te krijgen maar wordt gaandeweg schaarser. Geld lenen is zeker een optie maar het terugbetalen kost uiteindelijk flink meer en als je niet kunt aflossen kost het je een berg aan punten aan het einde van het spel.
 
Zodra de trekstapel op is gaat de laatste speelronde in. Iedereen is nog een keer aan de beurt inclusief de speler die de trekstapel opgemaakt heeft. Als deze ronde voorbij is wordt de eindbalans opgemaakt. Voor dat de eindtelling gaat beginnen krijgen de spelers voor elke handkaart nog een armoede fiche.
 
De spelers tellen allereerst hun armoedefiches. De speler met de minste fiches levert ze allemaal in en de overige spelers leveren dit zelfde aantal in. Wat ze vervolgens over hebben zijn minpunten waarbij het aantal starfpunten behoorlijk oploopt naarmate je meer van deze fiches hebt.
Verder worden alle kaarten op de eigen uitbouw gescreend op punten. Veel kaarten zijn punten waard en zodra je deze hebt gebouwd in je uitbouw heb je ook recht op de waarde van deze kaarten. Hierbij moet wel het verschil gemaakt worden tussen punten die de kaart zelf waard is en de punten die een kaart geeft als je hem hebt geactiveerd. Punten bij activeren krijg je meteen en punten die bij de kaart zelf horen krijg je aan het einde van het spel. Verder krijgen de spelers nog de punten die behoren bij de stukken grond die ze hebben gekocht al dan niet opgewaardeerd door het gebouwd hebben van metro aansluitingen.
 

Wat ik er van vind:
“London” is meer dan een gemiddeld gezelschapsspel. (Dit lees ik alleen al af aan de lengte van mijn beschrijving) “London” is een verrassend en boeiend spel. Het zit knap in elkaar en het is, nu ik er over nadenk, een heleboel maar géén familiespel. Je moet er echt even voor gaan zitten en de eerste keer dat je het speelt zien als een pure investering. Daarna zal je het spel redelijk kunnen doorgronden om er vervolgens ook steeds meer van te kunnen gaan genieten. Dat dit spel op Spiel ook goed is ontvangen verwonderd me inmiddels niet meer. Op het eerste gezicht vond ik het visueel niet eens echt aantrekkelijk maar eenmaal gespeeld moet ik meneer Martin Wallace een compliment maken met dit prachtige spel.
Kortom; Pracht spel, zeker uitproberen als je de kans krijgt en een spel waarbij het anderhalf uur voorbij vliegt.
Voetnoot:
Ik heb mijn bedenkingen wat betreft een zekere actiekaart. De impact van deze kaart is dusdanig dat ik me afvraag in hoeverre deze het spel niet wat uit balans trekt.

 
Categorie: 



Info algemeen:
Uitgebracht in 2010 door Treefrog Games
Ontwerper: Martin Wallace
Spelersaantal: 2 – 4
Speelduur: 90 minuten
Verkrijgbaar: Internet

Geen opmerkingen:

Een reactie posten